afb. J. Rotgans
De gemeenteraad van ’s-Hertogenbosch stelde in 1997 een commissie in, die haar van advies moest dienen om ‘Beroemde Bosschenaren en Rosmalenaren’ extra aandacht te schenken, o.a. door het aanbrengen van een plaquette. Na vele discussies werd uiteindelijk een lijstje samengesteld met zes ‘beroemde’ mensen en zeven ‘personen van bovenlokaal belang’. Bij deze dertien personen was slechts één echte Rosmalenaar: Jan Heijmans. Naar volkstellingsgegevens van 31 mei 1947 blijkt de achternaam Heijmans te Noord-Brabant vooral voor te komen in de toenmalige gemeente Rosmalen. Anno 2000 wijst de verbinding tussen de naam Heijmans en de plaats Rosmalen allereerst naar een inmiddels wereldberoemd familiebedrijf, waarvan Jan Heijmans de grondlegger was. Johannes (Jan) Heijmans werd geboren te Rosmalen op 20 juni 1902 als eerste zoon uit het huwelijk van Theodorus (Dorus) Heijmans en Johanna (Jans) van Mil, die te Nuland waren getrouwd op 11 januari 1901. Zijn vader was een keuterboer, die er een baantje aan het spoor bij had om van wat extra inkomsten (amper zes gulden in de week) verzekerd te zijn. Toen Jan bijna twee maanden oud was, overleed de eerstgeborene: Johanna. Na Jan zouden nog vier zonen en vier dochters worden geboren, allen te Rosmalen. Zijn voorvaderen waren achtereenvolgens Theodorus Heijmans (* Rosmalen, 20 december 1873), Antonius Heijmans (* Rosmalen, 24 november 1836), Lambertus Heijmans (* Rosmalen, 10 januari 1801), Andries Heijmans en Antonius Heijmans. Het gezin van Dorus woonde in de Molenhoek, waar toen nog maar tien woonhuizen en het café ‘De Schaapskooi’ stonden. Toen Jan zeven jaar was, ging het gezin aan de Nieuwe Dijk wonen, een dubbele woning met strodak en lage zijmuren in slechte toestand. In 1911 werd weer verhuisd, dit keer naar een huisje op de hei in de Sparrenburg (D150). Weer jaren later verhuisde het gezin naar een grotere boerderij in de Molenstraat D26 (thans Heer en Beekstraat genaamd). Op 12 februari 1931 huwde Jan met Allegonda (Gon) van der Doelen ( geboren op 2 maart 1905 en overleden op 16 september 1994). Het echtpaar kreeg 8 kinderen. Hun woonhuis stond aan de Graafscheweg E22 (thans Graafsebaan 13) te Rosmalen. Jan overleed na een hartaanval (twee dagen voor zijn 63e verjaardag) op 18 juni 1965 en werd onder een enorme belangstelling op 22 juni 1965 te Hintham begraven. Jan Heijmans begon in 1923 (officiële datum: 3 april) met steun van vrienden en familie een stratenmakersbedrijf. Door zijn vindingrijkheid, werklust en kijk op zakelijke ontwikkelingen ontpopte de stratenmaker zich al gauw tot een zakenman. Van stratenmaker naar asfaltverwerking, van dijkbescherming naar onderwaterkering, dat is in het kort de geschiedenis van het bedrijf tot de jaren zestig. De opdrachten die hij kort na de oorlog ontving voor de aanleg, onderhoud en verbetering van vliegvelden waren de basis van een explosieve groei, die in september 1993 zou leiden tot de beursgang van Heijmans B.V. Jan Heijmans was uit hoofde van zijn functie aangesloten bij het Nederlands Instituut van Aannemers Grootbedrijf. Hij is voorzitter geweest van de Nederlandse Vereniging van Wegenbouwers, afdeling Zuid (1948-1964) en tevens vice-voorzitter (1956-1962) van de landelijke organisatie, waarvan hij lid was van het dagelijks bestuur (1954-1956). Hij bekleedde verder functies als commissaris van het hoofdbestuur (1946-1964), voorzitter van de Commissie Vakopleiding Straatmakers NVWB (1946-1958) en lid van het Bestuur tot oprichting, later Bestuur van de SOMA-machinistenschool (1953-1961). In 1948 werd hij (toegekend door Paus Pius XII) Ridder in de Orde van St.Gregorius de Grote, in 1958 Ridder in de Orde van Oranje-Nassau en in 1963 (b.g.v. 40 jaar Heijmans) Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Op 3 januari 1964 maakte hij zijn terugtreden bekend. Het bidprentje van Jan Heijmans vermeldt onder meer: ‘De naam van deze man zal ook na zijn dood in ere blijven. Hij zal blijven voortleven in de wegen en huizen waarvan hij de bouwer was, maar nog meer in de harten van al degenen, voor wie hij met raad en daad een bouwer was van het levensgeluk.’ Vooral ‘Heijmans Rosmalen’ heeft het eenvoudige landbouwersdorp Rosmalen tot een meer dan alleen landelijk bekend aannemersdorp gemaakt, voordat het als een forensenplaats met de hoofdstad van Noord-Brabant werd samengevoegd. Dit artikel (zonder afbeeldingen en inleidende tekst) werd eerder gepubliceerd in: Dorry Derhaag-Doomernik en Martien Veekens: ‘700 Jaar Gemeenschap Rosmalen 1300-2000, Herinnering aan een bijzondere viering’ (Rosmalen, 2001) |
Bronnen | |
• | J.J. van Hoeckel: ‘Verenigde Heijmans Bedrijven BV 1923-1973’ (Dordrecht, 1973) |
• | Bastion Oranje: ‘Den Heijman, De ontwikkeling van Heijmans 1923-1993’ (‘s-Hertogenbosch, 1993) |